Vanaf 1 januari 2025 vormen Galmaarden, Gooik en Herne samen de fusiegemeente Pajottegem.
In het laatste kwartaal van 2024 werkten de 'oorspronkelijke' gemeentes aan een harmonisering van tal van reglementen om bij raadsbeslissing een gelijke behandeling van de burgers van Galmaarden, Gooik en Herne te waarborgen vanaf 1 januari 2025. De besluiten, de reglementen en de verordeningen van de 'oorspronkelijke' gemeenten bleven geldig op het grondgebied van de oorspronkelijke gemeenten tot de dag waarop de bevoegde overheid het nieuwe reglement goedkeurt.
Het huishoudelijk reglement inzake 'tussenkomst voor assistentiewoningen' dient voor Pajottegem nog goedgekeurd te worden.
In samenspraak met de juridische dienst werd het artikel in het kader van de onderhoudsplicht aangepast.
Wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van 8 juli 1976
Het decreet lokaal bestuur, artikel 77
Het gemeenteraadsbesluit van Galmaarden op 23 december 2024 betreffende het reglement tussenkomst voor assistentiewoningen
Het gemeenteraadsbesluit van Gooik op 23 december 2024 betreffende het reglement tussenkomst voor assistentiewoningen
Het gemeenteraadsbesluit van Herne op 23 december 2024 betreffende het reglement tussenkomst voor assistentiewoningen
Volgens de POD MI is het koninklijk besluit van 9 mei 1984 de wettelijke basis die, samen met de organieke wet van 8 juli 1976, de onderhoudsplicht regelt waarmee draagkrachtige personen verplicht zijn bij te dragen in de kosten van behoeftige familieleden. Het besluit bepaalt ook de maximale bedragen die teruggevorderd kunnen worden en regelt de terugvordering bij het verminderen van het vermogen van de resident.
Echter, telkens een dossier aanhangig wordt gemaakt bij de vrederechter, stelt deze dat het verhaalrecht van het OCMW is onderworpen aan de onderhoudsregeling van het Burgerlijk Wetboek (art. 205 e.v. oud BW). Dit wil dus zeggen dat de hiërarchie tussen de onderhoudsplichtigen (onderhoudsplichtige en dienst echtgeno(o)t(e)) dient toegepast te worden.
Bv. moeder krijgt tussenkomst in de verblijfskosten van een woonzorgcentrum. Dochter is onderhoudsplichtig, maar is volgens de schaal van terugvorderingen niet onderhoudsplichtig. Dan mag er pas rekening gehouden worden met de partner zijn inkomen. Dit in tegenstelling tot het KB, waar de 2 inkomens worden samengeteld om het bedrag van onderhoudsplicht te bepalen.
In dit opzicht raadt de juridische dienst van de Welzijnskoepel aan om ons reglement aan te passen naar de meest recente rechtspraak.
Het OCMW Pajottegem voorziet een financiële ondersteuning, onder de vorm van een tussenkomst, om senioren met een beperkt inkomen de kans te bieden om in een assistentiewoning te wonen.
Artikel 1 - De raad voor maatschappelijk welzijn keurt onderstaand huishoudelijk reglement omtrent over de tussenkomst voor assistentiewoningen goed:
HUISHOUDELIJK REGLEMENT TUSSENKOMST VOOR ASSISTENTIEWONINGEN
ARTIKEL 1. DOELSTELLING
Het OCMW Pajottegem voorziet een financiële ondersteuning, onder de vorm van een tussenkomst, om senioren met een beperkt inkomen de kans te bieden om in een assistentiewoning te wonen.
ARTIKEL 2. TOEPASSINGSGEBIED
Het bevoegd OCMW is het OCMW van de gemeente waar betrokkene gedomicilieerd was op het ogenblik van zijn opname in een erkende assistentiewoning (art. 2§1 van de Wet van 02 april 1965).
ARTIKEL 3. DEFINITIES
ARTIKEL 4. BEDRAG TUSSENKOMST
De tussenkomst moet de bewoner van een assistentiewoning toelaten kwaliteitsvol te wonen en volwaardig te kunnen participeren aan de maatschappij. Naast het betalen van de huur dient de bewoner nog voldoende inkomsten te hebben om in zijn levensonderhoud te voorzien.
Om te bepalen hoeveel iemand nodig heeft, baseren we ons op richtbedragen opgedeeld in korven per soort uitgave (zie bijlage 1).
Op basis hiervan wordt een inkomen gegarandeerd van € 960,97 voor een alleenstaande en € 1666,75 voor een koppel, na betaling van de (naakte) huurprijs.
4.1 Berekening tussenkomst
ARTIKEL 5. VOORWAARDEN
Deze beslissing kan worden genomen door het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst (BCSD) zonder dat daarvoor toestemming van de begunstigde nodig is.
De kosten die gepaard gaan met het leggen van de hypotheek zijn voor rekening van het OCMW.
ARTIKEL 6. DE AANVRAAG
6.1 Procedure aanvraag
De aanvraag dient schriftelijk te worden ingediend door de begunstigde zelf of zijn vertegenwoordiger bij de voorzitter van het OCMW. De aanvraag kan ook op elektronische manier worden ingediend volgens formulieren vastgesteld door de minister.
Na indiening van de aanvraag zal de maatschappelijk assistent een aantal gegevens opvragen om de financiële en sociale situatie van de begunstigde in kaart te brengen. Het gaat concreet om:
De aanvrager geeft het OCMW tevens een machtiging om informatie op te vragen bij verschillende instanties, zoals financiële instellingen (febelfin), de kruispuntbank voor sociale zekerheid en bij openbare besturen, en onder meer bij de ambtenaren van de Mechanografische Dienst van de Administratie der Directe Belastingen en bij dienst Registratie en Eigendommen. Dit is essentieel voor een grondig onderzoek naar de financiële en sociale situatie van de begunstigde, waarbij het OCMW tot 10 jaar terug kan kijken.
Als deze informatie niet tijdig wordt aangeleverd, kan dit leiden tot een onvolledig onderzoek, wat weer kan resulteren in een weigering van de aanvraag voor financiële ondersteuning.
Als het OCMW vaststelt dat de begunstigde een aanzienlijk deel van zijn vermogen heeft weggeschonken voorafgaand aan de hulpvraag, kan het OCMW de steunaanvraag weigeren.
6.2 Onderhoudsplicht
Bij de aanvraag wordt ook een onderzoek gevoerd naar de onderhoudsplicht om vast te stellen of (een deel van) de kosten kunnen teruggevorderd worden op de onderhoudsplichtigen.
De tussenkomst kan worden teruggevorderd bij de onderhoudsplichtigen van de begunstigde. Dit is geregeld in artikel 98, §2 van de OCMW-wet.
Wie is onderhoudsplichtig?
De personen die verplicht moeten worden aangesproken:
De personen die facultatief aangesproken kunnen worden:
Hoeveel bedraagt de onderhoudsplicht?
De onderhoudsplicht wordt beperkt door 3 factoren:
De formule is: Tussenkomst OCMW
Aantal descendenten eerste graad
In uitzonderlijke situaties kan het OCMW, op basis van goede motivatie, meer terugvorderen dan het kindsdeel, bijvoorbeeld bij duidelijke welstand van de onderhoudsplichtige.
Uitzondering bij vrijwillige verarming: als het vermogen van de begunstigde in de vijf jaar voorafgaand aan de financiële tussenkomst zonder aanvaardbare redenen aanzienlijk is verminderd, kan het OCMW de kosten terugvorderen van onderhoudsplichtigen, zelfs als hun inkomen onder de minimumdrempel valt.
Billijkheidsredenen: Het OCMW kan omwille van billijkheidsredenen individuele uitzonderingen op de onderhoudsplicht toestaan. Dit wordt per geval beslist en gemotiveerd op basis van een grondig sociaal en financieel onderzoek. Het is aan de onderhoudsplichtige om het OCMW schriftelijk op de hoogte te brengen van deze billijkheidsredenen.
ARTIKEL 7. TOEKENNING EN UITBETALING
Indien de inkomsten van de begunstigde in de loop van het jaar met minstens 10% wijzigen ten opzichte van de inkomsten van het aanvraagmoment wordt de tussenkomst herzien.
Het OCMW behoudt zich het recht voor om bijkomend alle inlichtingen in te winnen die het nodig acht. Het deelt zijn beslissing binnen de dertig dagen na ontvangst van de aanvraag aan de begunstigde mee die deze beslissing desgevallend kan aanvechten zoals voorzien in de wet.
De tussenkomst in de dagprijs wordt toegekend voor een periode van maximum 1 jaar en wordt jaarlijks in januari herzien.
ARTIKEL 8. INDEXERING
Alle bedragen vermeld in dit reglement worden jaarlijks op 1 januari N geïndexeerd op basis van volgende formule:
bedrag 1/1/2025 x gezondheidsindex november N-1
gezondheidsindex november 2024
Bij een negatieve index (tegenover vorig dienstjaar) blijft de tussenkomst ongewijzigd.
Artikel 2- Dit reglement treedt in werking op 1 december 2025.
Artikel 3 - De voorgaande reglementen worden opgeheven: